Dag 14, zeeniveau
Blijf op de hoogte en volg Johann
06 Juni 2014 | Noorwegen, Kvanndal
Het mottert nog. Maar ik weet dat het morgen beter weer zou worden. Toch geeft me dat een vertraging in het opstaan. Volgens planning wel om 9:00 weg. Het is weer tijd om te klimmen. Ai, mijn achillespees, die had ik nog niet gevoeld. Rustig aan. Langzaam tikken de kilometers weg. Nog langzamer tellen de hoogtemeters op. De eerste tunnel van vandaag. Deze is nog onder de 600m, dus ik durf de bypass wel aan. De tunnel draait in een spiraal naar boven. De bypass klimt slingerend de berg op. Het uitzicht is mooi. Ik stop niet omdat ik in een lekker ritme omhoog kruip. De bypass voegt zich weer bij de hoofdweg. Het lijkt rustiger dan gisteren. Op 800m begint de rechte tunnel van 4,5m lengte. Eerst omhoog en aan het eind vrij vlak. Na de tunnel bel ik Adri. Hij rijdt me vandaag tegemoet. Het grote afdalen begint. Ik zit nu op ongeveer 871m en ik doe geen trap meer tot ik in de zee lig. Voor Odda stop ik nog even om foto’s te maken van de beroemde watervallen die het wegdek hier nat maken (ben even de naam van die watervallen kwijt, zoek het maar op). Een groep Noorse toeristen besluiten dat mijn fiets indrukwekkender is dan de watervallen en beginnen massaal van mij en mijn fiets foto’s te maken. “Maken jullie hier maar foto’s van, dan maak ik er wel een paar van de watervallen!”. In Odda doe ik wat boodschappen, vlak buiten Odda zie ik in een tunnel een herkenbaar (laag) licht mij tegemoet komen. Adri dus. Na de tunnel maken we eindelijk echt met elkaar kennis en rijden gezellig door naar Utna. We rijden op zeeniveau en op wat kleine bultjes na volgt de weg dit niveau goed. Daardoor lukt het om een stuk sneller te rijden dan de afgelopen dagen en zo komen we al snel in Utne aan. Adri neemt de boot terug naar huis en ik naar Kvanndal. Na een oversteek van ongeveer 20 minuten maak ik me klaar om weer te klimmen. Camping Flatlandsmo staat op mijn verlanglijstje om te overnachten. 25km verder en 250m omhoog. Ik wacht tot de auto’s van de boot af zijn, voornamelijk old-timers die ontzettend goed verzorgt zijn, en wil wegrijden. In mijn linker ooghoek zie ik ineens dat hier ook een camping is. Het is 16:00 uur en deze camping is zeker open. Ik bedenk me geen moment en gooi het stuur in de richting van de camping. Na de tent te hebben opgezet maak ik nog klein wandelingetje waarbij ik oog-in oog kom te staan met de locale wildlife. Na het wandelingetje is het tijd om te eten. Bij de camping is een prima restaurantje met keuze uit 1 maaltijd (vlees, patat en sla), precies wat ik nodig heb. Tot nu toe lukt het goed om hier niet te hoeven koken. Eigenlijk probeer ik dat ook zo lang mogelijk vol te houden.
-
07 Juni 2014 - 19:01
Pa:
Het was zeker wel behoorlijk schrikken van dat geweldig grote stuk wild, waar je ineens mee geconfronteerd werd.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley